I. Staatssaldo
1. Voor de begrotingsperiode 2005-1 worden de ontvangsten van de staat
geraamd op 1700 VDK.
Voor de begrotingsperiode 2005-1 worden de uitgaven van de staat geraamd
op 159.687,50 VDK.
Het saldo van de staat voor de begrotingsperiode 2005-1 wordt afgesloten
op een tekort van 157.987,50 VDK.
II. Inkomsten en fiscaliteit
2. De personenbelasting verschuldigd op het inkomen van februari tot
juni 2005 wordt vastgelegd op 15% van het inkomen, met een belastingsvrij
basisgedeelte van 200 VDK voor elke maand waarin de persoon een inkomen
had.
3. De personenbelasting is niet verschuldigd:
a. voor de personen met een gemiddeld maandinkomen tot en met 1250
VDK gedurende de maanden februari tot en met april 2005, voor de genoemde
maanden;
b. voor de personen met een gemiddeld maandinkomen tot en met 1000
VDK gedurende de maanden februari tot en met mei 2005, voor de genoemde
maanden;
c. voor de personen met een gemiddeld maandinkomen tot en met 500 VDK
gedurende de maanden februari tot en met juni 2005, voor de genoemde maanden.
4. De bedrijfsbelasting verschuldigd op de bedrijfswinst van februari
tot juni 2005 wordt vastgelegd op 15% van de bedrijfswinst. Tot 2500 VDK
van de bedrijfswinst kan vrijgesteld worden van belastingen, als het ten
laatste drie maanden na de verrekening van de belastingen wordt geïnvesteerd
in het eigen bedrijf, met uitzondering van eventuele aandelen op naam van
het bedrijf in andere bedrijven.
5. De inkomsten uit de heffing op de kapitaaluitvoer worden geraamd
op 100 VDK.
6. Voor de verhuur van Vlaamse deelfora aan niet-staatsgebonden organisaties
wordt voorzien een opbrengst van 1400 VDK.
De maandelijkse huur van een deelforum wordt vastgelegd op 350 VDK.
De modaliteiten worden geregeld bij wet.
7. De inkomsten uit de registraties van raadsheren bij het Gerechtshof
worden geraamd op 200 VDK.
III. Binnenlandse Zaken
8. Voor partijsubsidies wordt toegekend een fonds van 8000 VDK . De modaliteiten worden geregeld bij wet.
IV. Buitenlandse Zaken
9. Voor de uitbetaling van het diplomatiek personeel wordt voorzien een fonds van 5000 VDK. De modaliteiten worden geregeld bij wet.
V. Cultuur en Onderwijs
10. Voor de uitbetaling van het onderwijzend personeel wordt voorzien
een fonds van 5000 VDK. De modaliteiten worden geregeld bij wet.
11. Voor algemene investeringen in onderwijs wordt voorzien een fonds
van 5000 VDK.
12. Voor het onderhoud van de e-infrastructuur wordt voorzien een fonds
van 2000 VDK. De webmaster van de Republiek wordt een maandvergoeding toegekend
van 400 VDK.
13. Voor algemene investeringen in cultuur wordt voorzien een fonds
van 8000 VDK.
VI. Economie
14. Voor subsidies aan bedrijven gevestigd in Vlaanderen wordt voorzien een fonds van 80.000 VDK. De modaliteiten worden geregeld bij wet. Deze subsidies zijn belastingvrij.
VII. Financiën
15. Voor de uitbetaling van het politiek personeel wordt voorzien een
fonds van 37.437,50 VDK.
De president van de Republiek wordt een maandvergoeding toegekend van
810 VDK.
De vice-president van de Republiek wordt een maandvergoeding toegekend
van 180 VDK.
De ministers wordt een maandvergoeding toegekend van 630 VDK.
De adjunct-ministers wordt een maandvergoeding toegekend van 495 VDK.
De parlementsleden wordt een maandvergoeding toegekend van 675 VDK.
Hiervan wordt afgetrokken een percentage gelijk aan het percentage van
de stemmingen waaraan ze in de betrokken maand niet hebben deelgenomen.
De ondervoorzitter van het parlement wordt een maandvergoeding toegekend,
gelijk aan het percentage van 315 VDK, dat overeenkomt met het percentage
van de door de ondervoorzitter geleide stemmingen.
De senatoren wordt een maandvergoeding toegekend van 100 VDK.
De functies genoemd in artikel 15 zijn onderhevig aan een financiële
cumulbeperking. Enkel de hoogste vergoeding die één persoon
ontvangt, wordt volledig uitbetaald. De in omvang tweede vergoeding wordt
slechts voor de helft uitbetaald. Andere vergoedingen die dezelfde persoon
zou ontvangen, vervallen.
16. Voor het aankoopcontract van de Nationale Bank wordt voorzien een
fonds van 5000 VDK.
VIII. Justitie
17. Voor de uitbetaling van het gerechtelijk personeel wordt voorzien
een fonds van 4250 VDK.
De rechters wordt een maandvergoeding toegekend van 850 VDK.