Wet betreffende de erkenning en ondersteuning van politieke partijen (3 maart 2005)

I. Politieke partijen en het verbod op partijen

1. Als politieke partij worden beschouwd alle organisaties die zichzelf zo noemen en die als organisatie trachten aan verkiezingen deelnemen. Politieke partijen hebben rechtspersoonlijkheid.
2. Overeenkomstig artikel 12 van de Grondwet kan geen enkele politieke partij door de Vlaamse staat worden verboden.
In geval overtredingen worden vastgesteld op de artikelen 2 of 13 van de Grondwet door het gerecht, kan een politieke partij wel het recht verliezen op deelname aan de verkiezingen.
De leden van de betrokken partij kunnen het recht op deelname aan verkiezingen op de lijst van een andere partij of op de lijst van de onafhankelijken niet verliezen, tenzij ze persoonlijk werden veroordeeld door het Gerecht omwille van een overtreding van de genoemde artikelen 2 of 13.

II. Erkenning van politieke partijen

3. Onverminderd de onmogelijkheid van een verbod op een partij, maakt de Vlaamse staat een onderscheid tussen erkende en niet erkende partijen, waarbij enkel erkende partijen door de staat worden ondersteund.
4. Om erkend te worden door de staat dient een partij te beantwoorden aan volgende criteria:
a) De partij werd niet veroordeeld wegens overtreding van artikel 2 of 13 van de Grondwet.
b) De partij telt tenminste één parlementslid met stemrecht in het parlement, of heeft deelgenomen aan de laatste drie parlementsverkiezingen. Zolang nog geen driemaal parlementsverkiezingen werden georganiseerd sinds december 2004, geldt deelname aan alle voorbije verkiezingen als voldoende.
c) De partij telt tenminste twee leden, die geen lid zijn van een andere partij.
d) De partij werd niet veroordeeld voor een overtreding op artikel 12 van de voorliggende wet.
5. Erkende politieke partijen kunnen een deelforum huren op het Vlaams forum aan 50% van het tarief dat geldt voor andere organisaties.
6. Erkende politieke partijen hebben recht op een financiële tegemoetkoming van de staat. Deze tegemoetkoming bestaat uit een vast en een variabel gedeelte.
Het vast gedeelte wordt vastgelegd op 150 VDK per maand.
Het variabel gedeelte wordt vastgelegd op 10 VDK per volledige procent die de partij behaalde in de meest recente parlementsverkiezingen.

III. Partijverplichtingen

7. Politieke partijen zijn verplicht hun ledenbestand mee te delen aan het departement binnenlandse zaken. Het departement binnenlandse zaken kan deze lidmaatschappen enkel openbaar maken als bewijsmateriaal in het kader van een rechtszaak tegen een politieke partij of één van haar leden. Het departement zal daarbij enkel de gegevens openbaar maken die relevant zijn voor de rechtszaak, en enkel binnen het forum-onderwerp van de betrokken rechtszaak.
8. Het is politieke partijen niet toegestaan giften te ontvangen van particulieren die niet het Vlaams burgerschap bezitten, of van bedrijven.
Giften van Vlaamse burgers mogen niet hoger liggen dan 400 VDK met inbegrip van de eventuele lidmaatschapsbijdrage, per jaar, te beginnen van de dag waarop de gift werd overgedragen.
9. Politieke partijen zijn verplicht alle giften mee te delen aan het departement binnenlandse zaken. Nalatigheid kan aanleiding geven tot inbeslagname van de gift en een maximale boete van 200 VDK.
Ter controle kan het departement binnenlandse zaken de beheerder van de Nationale Bank opdracht geven de bankrekening van politieke partijen door te lichten.
10. Partijleden die giften ontvangen hoger dan 200 VDK, dienen deze mee te delen aan het departement binnenlandse zaken, met een verklaring van de reden van de gift. Nalatigheid kan aanleiding geven tot inbeslagname van de gift en een maximale boete van 100 VDK.
Ter controle kan het departement binnenlandse zaken de beheerder van de Nationale Bank opdracht geven de bankrekening van partijleden door te lichten.
11. Partijleden die een uitzonderlijk hoog loon of andere compensatie ontvangen voor verleende arbeid, dienen dit te beschouwen als een gift en als dusdanig te behandelen.

IV. Strafrechtelijke bepalingen

12. Het is verboden giften aan politieke partijen, partijleden, onafhankelijke parlementsleden of ministers te schenken met het oog op de beïnvloeding van de beleidsvoering. Wanneer redelijkerwijze kan aangenomen worden dat dit het doel is van een gift, is het een politieke partij of partijlid niet toegestaan de betrokken gift te aanvaarden.
Bij twijfel zal de begunstigde de gift voorleggen aan het departement binnenlandse zaken, of aan het departement justitie in geval van belangenvermenging bij het departement binnenlandse zaken. Bij onenigheid over de beslissing van binnenlandse zaken, kan de zaak aanhangig gemaakt worden bij het Vlaams gerecht.
13. Het aannemen van giften, geschonken met het oog op beïnvloeding van de beleidsvoering, door een partij wordt bestraft met de inbeslagname van de gift, de intrekking van de erkenning van de politieke partij en een boete van 1000 tot 5000 VDK.
Het aannemen van giften, geschonken met het oog op beïnvloeding van de beleidsvoering, door een partijlid, onafhankelijk parlementslid of minister wordt bestraft met de inbeslagname van de gift, het verlies van de burgerlijke rechten gedurende een periode van één tot acht maanden en een boete van 500 tot 5000 VDK.